Dat we zo’n beetje allemaal in West-Europa wegkeken van die dooretterende oorlog in het oosten van Oekraïne (sinds 2014) heeft niet geholpen. Een nieuw Europees bloedbad is werkelijkheid geworden.
Waarschijnlijk op verzoek van Xi Ping-Ping heeft Vladimir Poetin gewacht tot de Olympische Winterspelen voorbij waren om zijn offensief in te zetten. Dat is wat onbeleefd ten opzichte van de paralympische sporters die nu nog bezig zijn, maar het drama is natuurlijk het grootst voor de Oekraïnse bevolking.
De man zonder gezicht, Poetin, heeft definitief zijn masker laten vallen. We zien een doodshoofd. Langzaam dringt de verwrongen ideologie van de man (en zijn kliek) door bij de politici die hem lange tijd dulden uit Europees en nationaal belang, want we zijn afhankelijk van Russisch gas en in mindere mate van hun olie. Hoewel ‘hun’ met name Poetin en zijn roofridders zijn, die het grootste deel van de buit binnenslepen.
Als deze oorlog een schaakpartij zou zijn, moeten we nog maar afwachten of er een remise in zit. Oorlog kent altijd alleen maar verliezers. Zelfs de Chinezen,die waarschijnlijk goedkoop de Russische boedel van Shell kunnen overnemen, zullen van hun ‘vriendschap’ met Poetin last krijgen. Want het is nu zelfs Shell-toppertje Ben van Beurden te gek geworden, het bedrijf vertrekt, na al die onderdanigheid aan dat dieventuig, in het licht van hun misdaden.
De Oekraïners lijken intussen ongeschikt om zich neer te leggen bij Russische overheersing. Voorlopig vechten zij door, ondanks de overmacht en smeerlapperij van Poetin. Een van de sterkste uitspraken van president Zelenski in zijn speech gericht aan de Russische bevolking was, dat het niet nodig was om zijn volk te komen bevrijden, zij waren namelijk al vrij.
Macht is een raar ding
In 2020 zag ik een video van een Chinese vrouw die zich emotioneel uitsprak tegen de onderdrukking door de Chinese staat. Zij voelde zich duidelijk opgesloten in het systeem van zwijgende instemming en schreeuwde het in niet te verstane woorden uit. Strekking: steun het regime niet.
In vertaling moet ik erbij zeggen, want mijn Chinees is beroerd. Zij herinnerde mij aan een essay dat ik als jongeman ooit gelezen heb: De vrijwillige slavernij, ofwel Vertoog over de vrijwillige onderdanigheid van Étienne de La Boétie (1530-1563).
Ik las de vertaling van Ewald Vanvugt , met een voorwoord van schrijver en anarchist Anton Constandse (In de Knipscheer, 1980).
Omdat ik de aantekening maakte als conceptbericht op deze website weet ik dat het 2 oktober 2020 was, dat ik de video zag. Zoals je wel kunt raden, en waar de vrouw voor vreesde, is de met een mobieltje gemaakte video van YouTube verdwenen. De Chinese overheid heeft hele digitale legers ingezet om het internet van ‘schadelijke’ informatie te ontdoen.
Waarmee ze vooral bevestigen dat het onderdrukkende schurken zijn. Macht is een raar ding. Het is weinigen gegeven daar goed mee om te gaan. Vandaar dat een liberale, parlementaire democratie voorlopig het beste model lijkt, als die maatschappelijke inrichting maar onderhouden en gecontroleerd wordt.
Sabotage is de weg
Ook deed voormalig correspondent en Ruslandkenner Hubert Smeets me onlangs denken aan De la Boéties essay. Hoewel in Poetins ogen het ‘de Oekraïne’ (een landstreek van Rusland) is en voor de Oekraïners hun land Oekraïne, is er nog een verschil. In Rusland is niet of nauwelijks een middenstand, vertelde hij, een vrije burgerij die solidair optrekt als het om bepaalde zaken gaat. Die is er in Oekraïne wel.
Rusland heeft onderdanen, Oekraïne heeft burgers.
Hubert Smeets
Vandaar dat zoiets als de Euromaidan in 2013 (Revolutie van de Waardigheid) een doorn in Poetins ogen is, net als de protesten in Belarus. Het brengt Smeets tot de stelling: “Rusland heeft onderdanen, Oekraïne heeft burgers.” Precies dat lijkt de reden dat ondanks het huidige bloedbad Poetins oorlog gedoemd is te mislukken.
Als hij het land al kan innemen, zal sabotage zijn deel worden. Dat hoeft niet per se met bommen en granaten, maar kan ook een guerrilla van kleine weigerachtigheid zijn. Dat het kan werken, weet ik uit ervaring.
Smeerolie
Toen ik 18 was, heb ik gewerkt in de Beverol fabriek in Beverwijk. Zij maakten smeerolie en -vetten. Belangrijkste afnemer in de buurt was de Hoogovens in Velsen. Ik was een tijdje inpakker van vetpatronen, 24 per doos, aan de vetpatronenvulmachine die toen het neusje van de zalm was.
De bediening was in handen van een merkwaardige man, Herman, eigenlijk gepensioneerd maar niet van zins te stoppen. Behoorlijk incommunicado helaas, verder geen hobby’s en ik denk dat zijn vrouw hem niet graag thuis had. Hij kreeg zodoende dispensatie en licht werk van de fabrieksbaas, maar was bloedfanatiek in het halen van een waarschijnlijk zelfbedachte productienorm.
Gedurende de dag verhoogde hij het tempo van de machine, ondanks mijn tegenwerpingen dat het wel een onsje minder mocht. Als hij even niet oplette, flikkerde ik af en toe een patroon terug de machine in. Voor de transportketting die dan vastliep, moest hij de technische dienst optrommelen die het ook niet begreep. Tijd voor een bakkie!
Simpele, bescheiden, maar effectieve sabotage van een tiener. Dat zullen de Oekraïners beter kunnen.
Mocht het intussen zover komen is De la Boétie’s advies aan onderdrukte volken en gemeenschappen: steun de dictator niet. Een opdracht die overigens makkelijker klinkt dan is gedaan.