Helaas bleven de meeste deuren gesloten op Tweede Kerstdag bij de Kokerei Zollverein in Essen-Stoppenberg, Duitsland. Gelukkig kun je gewoon wat rondlopen op het terrein van de voormalige cokesfabriek en de enorme installaties bewonderen.
De fabriek is samen met de oude steenkolenmijn (Zeche Zollverein) door de Unesco in 2001 opgenomen op de Wereld Erfgoedlijst. Een mooie wandeling door oude industrie.
Vanuit ons logeeradres in Winterswijk ben je na ruim een uurtje rijden bij de Kokerei Zollverein in Essen. Het hele industrieterrein – mijn en cokesfabriek – beslaat zo’n 5 vierkante kilometer. De gebouwen hebben ten dele nieuwe bestemmingen gekregen, als museum maar ook als huisvesting voor de creatieve sector in de regio Essen. Het komend jaar worden er veel evenementen georganiseerd, want het Ruhrgebied is in zijn geheel Culturele Hoofdstad 2010.
De Kokerei is in de jaren 1958-1961 gebouwd onder leiding van de industrie-architect Fritz Schupp, die er volgens de folder ‘ein weiteres Meisterstück’ mee afleverde. Inderdaad maken de installaties, toch vooral om hun functionaliteit gerealiseerd, esthetisch ook veel indruk. De tientallen metershoge installaties en de vele verticale en horizontale zichtlijnen – de staalcontructies, de pijpen – leveren een mooi schouwspel.
Waar ik eigenlijk naar benieuwd ben, in de stilte van de wandeling, is het geluid dat de fabriek – 24 uur per dag, 365 dagen per jaar in bedrijf – gemaakt moet hebben. De cokesovens, de treinen, de transportbanden, het gesis van stoom en kleppen enzovoort.
Cokes in het Ruhrgebied
De staalindustrie gebruikte de hier geproduceerde cokes voor de verschillende hoogovens in de omgeving. Met meer dan 7000 ton cokes per dag was de fabriek in de jaren ’70 de grootste in zijn soort. Bij de volcontinue productie waren zo’n duizend werknemers betrokken. Door de staalcrisis begin jaren ’90 daalde de vraag naar cokes zodanig dat de Kokerei in 1993 werd stilgelegd.
In een hoogoven helpt de brandende cokes het ijzer uit het ijzererts te winnen. De cokes zelf wordt gemaakt van steenkolen, voor de Zollverein gewonnen uit Schacht 12. De steenkool moet twintig uur tot ruim 1000 graden Celsius verhit worden om de gasvormige bestanddelen eruit te verwijderen, de ‘zwarte’ kant van de productie. Cokes brandt daarom langduriger en bij hogere temperatuur dan steenkool.
Het gasmengsel dat hierbij vrijkwam, werd gereinigd en gescheiden. Dit ‘witte’ gedeelte van het productieproces leverde weer tonnen aan nevenproducten voor de chemische industrie, namelijk ruwe teer, ruwe benzeen en ammoniak (voor zwavelzuur). De Kokerei Zolverein verbruikte daarbij dagelijks 440.000 kWh stroom en 10.000 m3 water.
Meer links:
Die Industriedenkmal Stiftung
Ruhrgebied – Culturele hoofstad 2010
Ruhr Museum
Bart van Maanen
Mooi roestend staal uit Essen /bart van maanen/ – Helaas bleven de meeste deuren gesloten op Tweede … http://tinyurl.com/yezlmuw