Menig ouder kijkt toch met enige argwaan naar het internetgebruik van jongeren. Wat speelt zich nu af op websites als Facebook of via Twitter? Realiseren de jongeren wel wat ze voor digitale sporen nalaten? En hoe echt zijn die Facebook-vrienden eigenlijk?
Die laatste vraag heeft bij het Montessori Lyceum in Amsterdam geleid tot de Avond van de filosofie: The Reality Check. Ouders en leerlingen gingen in gesprek over ‘het echte leven’.
De jaarlijkse thema-avond van het oudernetwerk van de school stelde in samenwerking met de filosofie docenten en leerlingen deze leerzame avond samen. Het valt niet toevallig samen met de Maand van de Filosofie, die dit jaar het echte leven tot onderwerp heeft.
Zo’n tien leerlingen zorgden voor een korte, flitsende voorstelling over hun verhalen en verhouding met Facebook, waarbij ‘volgen’ en ‘Vind ik leuk’ op verschillende manieren langskwamen en betekenis kregen.
Voor de ouders en leerlingen vervolgens in groepen in gesprek gingen, haalde docent Philippe Boekstal in het kader van het ‘echt-niet echte’ leven de film The Matrix aan. Aardig voorbeeld, omdat daarin de echte wereld een verschrikking is en de gesimuleerde wereld juist ‘mooi’ is.
Is een Facebook-vriendschap minder echt dan een ‘ouderwetse’ vriendschap? Maakt het iets uit als je in een computergame tientallen mensen doodschiet? Wat betekent de steeds groter wordende hoeveelheid informatie die we binnenkrijgen voor onze ervaring? En: Wat is nu eigenlijk het echte leven?
tekst uitnodiging
Socratisch gesprek
In de tien groepen werden de gesprekken gevoerd met behulp van de Socratische methode. Gesprekken hebben daar een gespreksleider bij en in ons geval was dat docent Yoram Stein. Hij legde het Socratisch gesprek uit als ‘een gezamenlijke zoektocht naar de waarheid door reflectie’. Dus niet door het aanhalen van onderzoeken of door discussie te voeren, maar door aandachtig naar alle deelnemers te luisteren.
Deelnemers stelden hun eigen onderzoeksvraag en in de groep werd besloten welke vraag te gaan behandelen. Dat leverde diverse vragen op, zoals: Waarom vinden we echt zo belangrijk? In onze groep werd het de vraag: Is er nog wel een keuze om wel of niet aan bijvoorbeeld Facebook mee te doen?
In eerste instantie ging het gesprek richting de onontkoombaarheid van het meedoen aan de social media golf. Grappig genoeg kwam het tegengeluid juist van een leerling, die dan wel een Facebook-pagina had, maar er niets meer mee deed. Het generatieverschil speelde overigens wel mee. Er waren een aantal ouders die niet op dit soort websites zijn te vinden en dat ook niet van plan zijn.
Virtuele vrienden
Dat er mogelijk niet aan de virtuele vriendennetwerken te ontsnappen zou zijn, werd ook geweten aan groepsdruk of identiteit. Als al je ‘echte’ vrienden op Facebook zitten, kun je niet achterblijven. En als je Facebook-pagina deel is geworden van je virtuele identiteit neem je er ook moeilijk afscheid van.
Ook werd opgemerkt dat er een verschil kan zijn tussen het zakelijk gebruik (LinkedIn) en privé gebruik, wat intussen bij Facebook volgens mij helemaal door elkaar loopt. En bellen, sms’sen en email zijn dat dat geen social media?
Vrienden alleen online ontmoeten, werd door iedereen niet gewaardeerd als echte vriendschap. Uiteindelijk bleek toch dat er dus ook zonder Facebook nog best leven is, maar zonder internet wordt het wel erg moeilijk.